2/2/2023
Welke kennis en skills moet je als MakerLabber in huis hebben?
Vorig jaar startten vier junior experiment designers bij MakerLab. Startende innovators volgen een intern programma, opgesteld door Hunter van Keulen en Evelien Veldhuijzen: een traject van 1 of 2 jaar, waarbij je na een aantal oefenopdrachten en mentoring je snel aan de slag mag bij onze klanten, om zo de benodigde kennis en ervaring op te doen om zelf projecten te kunnen draaien.
De kennis en skills die je als experiment designer ontwikkelt en meeneemt zijn de sleutel tot een succesvol innovatietraject. Nu, anderhalf jaar later en een nieuwe lichting junioren verder, is het een mooi moment om Hunter te vragen naar haar ervaring bij het overdragen en behouden van innovatiekennis binnen MakerLab.
En, hoe gaat het nu met de junioren?
Hunter: ‘Ze zitten er allemaal nog. Nee, zonder dollen, volgens mij hebben ze het naar hun zin. Het is echt een team geworden. Je ziet dat iedereen zijn eigen specialisatie ontwikkelt, en dat is ook goed.’
Wat houdt het traject eigenlijk in?
Hunter: ‘We hebben een intern begeleidingsprogramma ontwikkeld voor starters in de innovatiemarkt die al een traineeship hebben gedaan of vers uit de schoolbanken komen. Je moet als experiment designer flink wat kennis in huis hebben – voorheen namen we alleen mensen aan die links en rechts al veel ervaring hadden opgedaan.’
Hoe kwamen jullie op dit idee?
Hunter: ‘Begin vorig jaar zijn we met het team ons vakgebied onder de loep gaan nemen. Er waren best wat oude rotten weggegaan, bovendien zat iedereen op zijn eigen eilandje thuis tijdens corona. We wilden zorgen voor continuïteit. Het begeleiden van een groep junioren is daar één onderdeel van.’
Wat moeten ze doen?
Hunter: ‘We hebben een curriculum van competenties ontwikkeld die je moet bezitten als experiment designer en daar werken we twee jaar lang aan. Competenties als ideation, prototypes bouwen, kwalitatief en kwantitatief onderzoek doen, succescriteria bepalen van een project en een heel belangrijke: denken in aannames.’
Gooi je ze meteen in het diepe?
Hunter: ‘Nee. De eerste vijf weken beginnen ze met een oefencase, een onderzoeksvraag die ze moeten beantwoorden. Soms is dat een opdracht vanuit ons netwerk, zoals het project dat ontstaan is vanuit een initiatief van mij samen met De (echte) gender critici. Junior experiment designer Melissa heeft samen met experiment designer Ruben de publiek-toegankelijke AI-gedreven inclusieve taal-tool Equalwrites gebouwd.
'Soms simuleren we een case. Een van mijn collega’s doet zich voor als “klant” en het hele team kijkt mee bij de presentatie. Dat schept gelijk een band.’
Wat maakt een goede experiment designer?
Hunter: ‘Heb je even? Het is heel breed en een stukje mindset: een goede experiment designer weet niet alleen veel en is analytisch sterk, maar kan ook ideeën omzetten naar iets tastbaars. Dus niet alleen lullen maar ook echt iets máken. Daarnaast ben je van nature een schakel tussen de verschillende disciplines in een team.
Je moet kunnen omgaan met onzekere situaties, sterk in je schoenen staan en zelfs van een invalide uitkomst een interessante learning kunnen maken. En altijd kritisch blijven op je eigen toolset; schroom niet om een nieuwe tool uit te proberen, te onderzoeken of – op z’n MakerLabs – zelf te maken.
En wat maakt MakerLab nou MakerLab?
Hunter: ‘We hebben dit werk niet uitgevonden. We gebruiken bestaande technieken, zoals de Lean Start-up Methode, Value Proposition Design en Design Thinking. En een klein beetje agile en scrum werken. Daar hebben we onze eigen variant van gemaakt, de MakerLab-formule. Er zit veel kennis. Bovendien kunnen we ook dingen maken, niet alleen bedenken.’
Hoe zorg je dat die kennis in huis blijft?
Hunter: ‘Bijna dagelijks delen we interessante artikelen met elkaar over vernieuwing binnen ons werk; we vinden ons vakgebied allemaal leuk. Naast wekelijke meet-ups – waar is iedereen mee bezig, heeft iemand hulp nodig? – hebben we ook interne reviews van cases, tools en methodieken. En leren we nieuwe skills en competenties bij tijdens MakerClasses.’
Een MakerClass? Vertel.
Hunter: ‘Dat zijn interne workshops. We hebben er gemiddeld twee per maand. Ze worden georganiseerd door mijn collega Liline (lees hier een interview met Liline over de MakerClasses), en gegeven door MakerLabbers, maar ook collega’s binnen onze holding MakerStreet vragen we om hun expertise te delen.’
'Soms zijn het langere trajecten, met meer intensiteit, omdat een leergebied heel uitgebreid is. Kijk bijvoorbeeld naar AI, dat is niet meer weg te denken uit ons vakgebied. Maar AI-gedreven innoveren vraagt wel om het aanleren van veel nieuwe vaardigheden. Aan de hand van een intern ontwikkeld lespakket gaan zowel junioren als de andere MakerLabbers in hun eigen tempo aan de slag met o.a. het bouwen van custom GPT's, prompting en generative AI, automation en slimme tools zoals Flowise en Formless.
Wel op de MakerLab manier: lean en mean, dát leren wat we nodig hebben om creatieve out-of-the-box oplossingen te bedenken en snel goede prototypes te bouwen.
Waar gaat zo’n MakerClass over?
Hunter: ‘We hebben allemaal unieke skills die we inbrengen; ik heb er een aantal gegeven over techniek, zoals coding in Javascript en het gebruik van API’s. En iemand van online marketingbureau Elevator kwam laatst vertellen over growth hacking.’
Je noemde net ook interne reviews. Wat houdt dat in?
Hunter: ‘Dan gaan we een stapje verder. Er waren bijvoorbeeld experimenten waarbij de Fake Door Test niet zo goed uitpakte. De vraag is dan: werkt dit nog wel? Als team gaan we cases bekijken en die learnings worden gedeeld met de rest.’
Is er ook een database van al jullie kennis?
Hunter: ‘Zeker. Een aantal zelfs. Hierin verzamelen we alle kennis en tools over het innovatieproces en wat daarbij komt kijken. Momenteel wordt er hard gewerkt aan de kennisbank 2.0, en een deel daarvan wordt al bij klanten in gebruik genomen. Hopelijk kan ik hier binnenkort meer over vertellen.’
Wat is het voordeel voor de klant?
Hunter: ‘We hadden laatst een klant die vroeg wat het verschil is tussen MakerLab en een full service designbureau. Bij full service hebben ze één experiment designer – als ze die al hebben –, een marketeer, een visual designer en een webdeveloper. Het is een soort funnel waar je doorheen gaat en aan het einde komt er een product uit. Maar het nadeel is dat al die werknemers een eigen vakgebied hebben en in een andere taal praten.’
Wat bedoel je precies?
Hunter: ‘Al mijn collega’s delen mijn blik. Je werkt dus misschien met één persoon, maar daarachter zit een enorme bron van kennis; mensen die over mijn schouder meekijken.’
Betrekken jullie elkaar bij projecten?
Hunter: ‘Altijd. Dat kan op de achtergrond of actief. Dat je zegt: “Ik neem mijn collega volgende week mee, want die heeft net wat meer kennis hierover.” Je zegt dan niet: “Nee, ik kan het niet.” Maar eerder: “We hebben nóg meer kennis in huis waar jullie gebruik van kunnen maken.”’
Waar staan jullie over een jaar?
Hunter: ‘We streven naar blijvende groei op alle lagen, van junior tot senior experiment designer. Dat begint bij een goede begeleiding van onze junioren naar een medior rol. Over een jaar is de eerste lichting junioren als volwaardig, zelfstandig experiment designer aan de slag. En hebben we hopelijk een nieuwe lichting die na de zomer start. Daar ga ik voor.’